Viruly was op 5 september 1954 gezagvoerder van de Lockheed Super-Constellation "Triton", die, op weg naar New York, zeer kort na vertrek van het vliegveld nabij het Ierse Shannon neerstortte. Het vliegtuig kwam terecht op een modderbank in de monding van de rivier de Shannon, die ter plaatse enkele kilometers breed is.
Het Polygoon bioscoopjournaal besteedt veel aandacht aan de ramp, te zien vanaf 12 minuten, 35 seconden.
Nadat eerst de staart van het vliegtuig het water had geraakt, gleed het met vier draaiende motoren nog iets door op het water totdat het in de modder tot stilstand kwam. De romptank van de Lockheed, die uiteraard vol zat met het oog op de lange vlucht, raakte beschadigd door de klap. Gelukkig brak er geen brand uit, aangezien het vliegtuig half onder water lag.
Dat er desondanks een groot aantal slachtoffers te betreuren bleek, was te wijten aan het feit dat de passagierscabine zich vulde met benzinedampen die het ademhalen vrijwel onmogelijk maakten. Drie bemanningsleden en tweeëntwintig passagiers kwamen door verstikking om het leven, terwijl twee passagiers verdronken en een door de klap zwaar gewonde vrouw later overleed.
Het hoge octaangehalte van de dampen was er de oorzaak van dat een aantal slachtoffers lichte brandwonden vertoonde.
Conclusie van het ongevalsonderzoek was dat hierbij technische én menselijke fouten een rol hadden gespeeld, een conclusie die Viruly overigens van de hand wees.
Naar zijn mening was het, vanwege de snelheid waarmee de gebeurtenissen zich hadden afgespeeld, niet mogelijk geweest nog adequaat in te grijpen.
In 1979, in een interview waarin de vraag wordt gesteld "Hebt u dat gebeuren inmiddels verwerkt?"
"Verwerkt, wat is verwerkt. Nee en ja. Het was het moeilijkste wat me in mijn leven overkomen is; het was een paar maanden voor de beeindiging van mijn vliegersloopbaan wegens het bereiken van de pensioenleeftijd.
Heel je leven ben je bezig geweest te zorgen dat dit niet zal gebeuren. Het was een kwestie van enkele seconden, waarin ik de beslissingen moest nemen. Ik had het béter kunnen doen, ik ga niet vrij-uit. Er zijn doden bij gevallen.
De naam van de maatschappij, waarmee ik bijna pathologisch loyaal verbonden was, was in het geding.
Niemand bij de KLM heeft mij overigens ooit een verwijt gemaakt. Ik wilde toch dat het niet gebeurd was, al gevoel ik niet een directe schuld, natuurlijk speelt het een rol in je leven."
Foto's en teksten bij foto's: Katholieke Illustratie en de Spiegel van 18 september 1954
Terwijl vissers en marinemensen op de Noordzee nog steeds doende waren naar wrakstukken van het volkomen versplinterde K.L.M.vliegtuig Willem Bontekoe te speuren, trof onze nationale luchtvaartmaatschappij andermaal een verschrikkelijke ramp.
Het feit, dat deze keer de helft van de inzittenden behouden bleef, doet niet veel af aan de rouw om het verlies van achtentwintig mensenlevens, toch nog altijd meer dan het aantal doden, dat bij de ramp met de Willem Bontekoe te betreuren viel.
Wat er precies met de Triton is voorgevallen, zal een nauwkeurig en misschien langdurig onderzoek moeten uitwijzen. Het is begrijpelijk, dat het publiek graag zo spoedig mogelijk antwoord heeft op de vraag, hoe zo iets heeft kunnen gebeuren.
Doch zoals vaak gaven ook de verklaringen, in de eerste uren na de ramp naar voren gebracht, geen bevredigend beeld en spraken ze elkaar zelfs min of meer tegen. Wat men helaas wel met zekerheid kan zeggen is, dat de naam Shannon sinds die donkere nacht, waarin een groot verkeersvliegtuig vol passagiers op enkele kilometers afstand van het vliegveld verongelukte, zonder dat er in de eerste uren aan een serieuze reddingspoging werd gedacht, een sinistere klank heeft gekregen.
De luchthaven, belangrijke schakel in het transatlantisch verkeer, ontleent haar naam aan de voornaamste rivier van Ierland, aan welks modderige oevers zij gelegen is.
De ruim driehonderdtachtig kilometer lange Shannon, die in het noordwesten van de Ierse Vrijstaat ontspringt, vormt voorbij Limerick over een afstand van honderdtien kilometer een baai, die bij de uitmonding in de Atlantische Oceaan, tussen Loop Head en Kerry Head vijftien kilometer breed is.
Reeds op de plaats, waar de Triton, komend van een der startbanen van het vliegveld, op een modderbank neerstortte, meet de rivier van de ene oever naar de andere vier en een halve kilometer.
De overlevenden konden vanaf de Plaats van de ramp de lichten van het vliegveld zien; dat men vandaar af de ramp niet eerder bemerkt heeft, moet wel onbegrijpelijk genoemd worden, vooral omdat er redenen te over waren om al kort na het opstijgen van de Triton ongerust te worden.
|